KNIE- EN HEUPARTROSE
De laatste jaren wordt er veel onderzoek gedaan naar artrose. In deze onderzoeken zien we dat veruit de meeste studies uitgevoerd worden bij mensen met knieartrose of een gemixte groep van mensen met knie– en heupartrose. We kunnen dus stellen dat we meer weten over knieartrose dan over heupartrose.
Vaak worden deze resultaten ook gebruikt om aanbevelingen te doen over de behandeling van heupartrose. Maar moeten we niet kritischer gaan kijken naar de verschillen tussen knieartrose en heupartrose? Het groeiende aantal gewrichtsvervangende operaties zoals een nieuwe knie of nieuwe heup benadrukt de noodzaak voor een duurzamere aanpak van artrose klachten.
In 2021 waren er bijna 45.000 nieuwe gevallen van knieartrose in Nederland en bijna 30.000 nieuwe gevallen heupartrose. In Nederland hebben ongeveer 10% van alle mensen boven de 45 jaar heupartrose en bij 16% van mensen spreken we van artrose in de knie. Over het algemeen komt artrose in de heup minder vaak voor dan artrose in de knie. Wel is het belangrijk om te realiseren dat artrose vaak een aandoening is die in meerdere gewrichten voorkomt. In een grote studie waar 55 plussers zijn onderzocht zien we dat maar 1 op 8 mensen last had van een enkel gewricht. Dit betekent dat 7 van de 8 mensen klachten hebben van artrose aan meerdere gewrichten. Het is zeker aannemelijk dat er bij mensen in de leeftijdscategorie 55 plus sprake is van zowel heup- als knieartrose.
In de periode tussen 2011 tot 2021 is het aantal mensen met artrose fors gestegen. Met als uitzondering in 2020 en 2021. In deze jaren leek het aantal nieuwe gevallen van artrose te zijn gedaald. Mogelijk komt dit door de COVID-19 uitbraak waardoor mensen de huisarts minder vaak hebben bezocht. Ook lijken de cijfers te zijn beïnvloed door uitgestelde zorg in ziekenhuizen waardoor de diagnose artrose niet kon worden bevestigd door beeldvormend onderzoek zoals een röntgenfoto.
Op basis van de samenstelling van onze bevolking verwachten we dat het aantal mensen met artrose tot 2040 met meer dan 35% zal gaan stijgen. Dit is mede afhankelijk van de ontwikkelingen die de kans op artrose kunnen beïnvloeden. Leefstijl en vroege signalering van artrose spelen hierin een grote rol. De noodzaak voor een meer effectieve behandeling van heup- en knieartrose is hoog en kan in het bijzonder de zorg in het ziekenhuis en in de huisartspraktijk ontlasten
Hoe ontwikkelen knie- en heupartrose zich in de tijd?
Klachten zijn vaak wisselend aanwezig bij mensen met artrose. Het betekent niet dat je dag in dag uit dezelfde vervelende pijn hoeft te ervaren bij artrose. Er zijn altijd periodes dat het beter kan gaan en dat het gewricht rustiger zal zijn. Aan de andere kant kunnen klachten ook opspelen en dus erger worden aan de hand van wat je doet. Waar de klachten van artrose zoals pijn en stijfheid wisselend aanwezig zijn, zien we dat uitslagen van beeldvormend onderzoek zoals een röntgenfoto een toenemende mate van artrose laten zien over een periode van 10 jaar in zowel knie en heup. Een heleboel wetenschappelijke studies bleken niet in staat om een duidelijk verloop van knie– en heupartrose te schetsen.
Anatomie en artrose
De knie en de heup zijn samen de twee grootste gewrichten in ons lichaam die anatomisch erg van elkaar verschillen. De heup is een kogelgewricht en de knie is een scharniergewricht. Een afwijkende stand van de knie, heup, enkel is een van de grootste oorzaak voor meer mechanische belasting in het kniegewricht. Door de vorm en stand van het gewricht zijn de krachten in het kniegewricht groter tijdens het contactmoment op de grond tijdens het lopen dan in de heup. De behandeling van knieartrose heeft voorheen met name een anatomische benadering gehad. Kijk maar naar de verschillende behandelopties van de knie zoals operatieve standcorrecties, het dragen van een brace of aanpassen van het looppatroon. Ook speelt gewichtscontrole een veel grotere rol bij mensen met knieartrose dan bij mensen met heupartrose.
Schade in het gewricht
Anatomische veranderingen zorgen vaak voor een groter risico op artrose in de heup. Wanneer er op de heupkop(femur) een uitsteeksel is, zorgt dit voor een grotere druk tegen de heupkom(acetabulum). Wanneer dit steeds vaker gebeurt zoals bij sport of fysiek werk kan dit leiden tot schade aan het kraakbeen van de heup.We noemen dit CAM impingement. Er kan zich ook een uitsteeksel bevinden op de kom van de heup. Dit noemen we een Pincer van de heup. De nek van de heupkop geeft druk tegen de kom en zal wanneer dit maar vaak genoeg gebeurt, leidt dit tot schade aan het labrum en uiteindelijk het kraakbeen. Er kan ook sprake zijn van een combinatie van deze twee anatomische variaties. Onderzoek laat een duidelijke relatie zien tussen toenemende heupartrose op röntgenfoto en anatomische veranderingen zoals een CAM en/of Pincer deformiteit. Anatomische veranderingen kunnen dus leiden tot artrose in de heup.
Het kniegewricht is veel meer afhankelijk van stabiliteit door de ligamentaire structuren zoals de voorste kruisband en andere banden in de knie. Een voorste kruisband blessure is om deze reden ook een risicofactor voor het ontwikkelen van artrose. Ook wanneer een deel van de meniscus verwijderd wordt door operatie is er een grotere kans op artrose op latere leeftijd. De meniscus is een kraakbeenachtige structuur die zich bevindt tussen het boven en onderbeen en fungeert als een schokdemper. Wanneer een scheur in de meniscus niet vanzelf geneest, kan er gekozen worden voor een operatie.
Omdat de meniscus dus deze belangrijke functie vervult in het kniegewricht is het wenselijk om de meniscus te hechten in plaats van te verwijderen. Maar de kans op herstel bij een beschadiging van de meniscus is erg afhankelijk van de locatie. Het is namelijk zo dat de buitenste rand, ongeveer ⅓ deel goed doorbloedt is en om deze reden ook goed kan herstellen. Het binnenste deel is minder of niet doorbloed en heeft weinig tot geen herstellend vermogen.
Pijn
Mensen met heup-en knie artrose ervaren dagelijks klachten tijdens verschillende activiteiten. Kwalitatief onderzoek laat zien dat mensen met knie- of heupartrose pijn anders beleven. Pijn bij artrose wordt over het algemeen omschreven als een zeurende pijn die toeneemt in de jaren en steeds constanter en steeds moeilijker te verdragen wordt in het dagelijks leven.
Waar heupartrose verschilt van knieartrose is dat de pijn in de heup vaak sneller toeneemt, van milde klachten tot een scherpe, vlammende pijn. Ook komt het onvermogen om op de kant te liggen waar de artrose zich bevindt en hebben mensen met name klachten in de lies. Bij knieartrose horen we vaak dat activiteiten zoals traplopen vervelend zijn en komen opstart klachten zoals stijfheid al dan niet in de ochtend veel vaker voor.
Niet alleen het kraakbeen
Artrose wordt gezien als een aandoening die het hele gewricht beïnvloedt. Kraakbeen zelf bevat geen bloedvaten of zenuwweefsel. Om deze reden kan het kraakbeen ook geen klachten veroorzaken. De pijn die ontstaat als gevolg van artrose komt niet van het kraakbeen zelf maar van de structuren rondom het kraakbeen. Het gaat hier om het bot, het synovium(gewrichtsvloeistof) en de omliggende spieren en pezen die als gevolg van het ontstekingsproces pijnlijk zijn. Tijdens een ontstekingsreactie komen er ontstekingsmediatoren vrij. Bij artrose spreken we met name over een specifieke groep ontstekingsmediatoren, namelijk cytokines. Wanneer deze ontstekingsprocessen worden vergeleken in de knie en heup zien we daadwerkelijk verschillende profielen van cytokines. Er lijkt een andere reactie plaats te vinden in de heup dan in de knie bij artrose klachten. Waarom deze reactie anders is weten we helaas nog niet. Meer onderzoek zal nodig zijn om een verklaring te vinden.
Botoedeem
Een aanvullende reden voor pijnklachten bij mensen met knieartrose is botoedeem. Dit botoedeem verklaart mogelijk de toenemende pijn en de verminderde functie van het kniegewricht. Botoedeem bevindt zich in trabeculair bot. Dit is het gedeelte van het bot dat bestaat uit een sponsachtig netwerk van botweefsel. De ruimte in het trabeculair bot is gevuld met beenmerg en andere cellen. Wanneer er schade is aan het kraakbeen van de knie kunnen deze ruimtes zich gaan vullen met botoedeem. Dit leidt tot een vicieuze cirkel van achteruitgang van de kwaliteit van het botweefsel samen met slijtage van het aangrenzende kraakbeenweefsel in de knie. Verschillende studies geven aan dat de aanwezigheid van botoedeem een vergrote kans geeft op een gewrichtsvervangende operatie oftewel een nieuwe knie.
Nieuwe heup of nieuwe knie
Mensen met artrose in de heup zijn waarschijnlijk sneller in het verloop van artrose toe aan een gewrichtsvervangende operatie (nieuwe heup) dan mensen met knieartrose. Ook zijn dit vaker mannen, hebben deze mensen een lager BMI en zijn ze veelal jonger dan mensen die in aanmerking komen voor een nieuwe knie. Waarschijnlijk komt dit doordat 93-98% van alle mensen na een gewrichtsvervangende operatie van de heup geen klachten meer heeft. De resultaten op het gebied van pijnvermindering en functionaliteit zijn zo goed dat mensen zich binnen een paar maanden al niet meer bewust zijn van het feit dat ze geopereerd zijn. Dit in tegenstelling tot 76-80% van de mensen met een knieprothese.
Huidige behandeling van knie en heup artrose
Op dit moment wordt een actieve benadering aanbevolen voor heup en knie artrose voordat er gekeken wordt naar pijnstilling in de vorm van medicatie of een operatieve ingreep. Advies en oefentherapie behoren tot de kern van de behandeling van artrose klachten. Wanneer we kijken naar overgewicht lijkt het dat het advies om af te vallen effectiever is bij knieartrose dan bij heupartrose. Niet dat het niet beter zou zijn om af te vallen bij klachten van heupartrose. Maar we kunnen niet met zekerheid zeggen dat dit significant zou bijdragen aan klachtenvermindering. Behandelmethoden zoals tapen of het gebruik maken van een brace, die gangbaar zijn in de behandeling van knieartrose, zijn niet gangbaar in de behandeling van heupartrose. Over het algemeen zien we dat mensen met heupartrose minder vaak in aanraking komen met fysiotherapie of andere vormen van behandelingen waar geen medicatie of operatie van pas komt in vergelijking met mensen met knieartrose.
Medicatie
Er zijn verschillen in aanbevelingen voor het gebruik van medicatie in heup- of knieartrose. Een voorbeeld is dat ontstekingsremmende crèmes vaker worden aanbevolen bij mensen met knieartrose maar niet bij heupartrose. In het vroege stadium van heup- en knieartrose zien we geen verschillen in het gebruik van pijnstillende medicatie. Glucosamine is een supplement dat zou bijdragen aan het behoud van kraakbeen en wordt vaker gebruikt en voorgeschreven door mensen met knieartrose, dit kan niet worden bewezen in de vele wetenschappelijke studies die zijn uitgevoerd op dit onderwerp. Een arts zet vaker een ontstekingsremmende injectie in een knie dan in een heup.
Zorggebruik
We zien dat er vaker mensen met heupartrose worden doorverwezen voor aanvullend beeldvormend onderzoek zoals een röntgenfoto of MRI. Heuppijn kan complexer zijn en heeft mogelijk meerdere oorzaken. Denk hierbij aan een peesontsteking of impingement beeld zoals eerder uitgelegd. Hierdoor ligt het aantal doorverwijzingen voor beeldvormend onderzoek waarschijnlijk hoger.
Samengevat
Samengevat weten we niet hoe overeenkomstig of anders knie en heupartrose nou daadwerkelijk zijn. De reden hiervoor is dat er veel minder onderzoek gedaan wordt naar heupartrose in vergelijking tot knieartrose. De verwachting is dat het aantal mensen met heupartrose en knieartrose de komende jaren nog fors zal gaan stijgen. Het is op weg de meest voorkomende aandoening te worden van het bewegingsapparaat. De heup en de knie behoren hierbij tot de meest voorkomende locaties. Meer kennis over de verschillen tussen deze twee beelden zal op de lange termijn zorgen voor betere en efficiënte zorg. Iets waar wij bij Vief leven in Tilburg voor staan!
Ruben Luijkx
Founder Vief leven
Als oprichter van Vief leven met artrose en ondernemer in de zorg ben ik vastberaden om een positieve impact te hebben op de maatschappij met het bieden van mensgerichte zorg. Met Vief leven met artrose streven we naar laagdrempelige fysiotherapie met een hoge kwaliteit en toegankelijk voor iedereen.
Ik geloof sterk in het begrijpen van de unieke doelen en behoeften van mensen met artrose gerelateerde klachten. Vief leven is een vetrouwde omgeving waarin deze doelstellingen behaald kunnen worden.
Vief Leven
Met Vief Leven willen we mensen met artrose voorzien van kracht en kennis om zo weer grip te krijgen op hun eigen gezondheid en vrijheid in het leven.