Beenlengteverschil na een heupprothese: hoe vaak komt het voor, waar ligt het aan en wat kun je doen?

Better In, Better Out: waarom vooraf trainen voor een knie- of heupprothese essentieel Is

Na een heupprothese hebben sommige mensen het gevoel dat het ene been langer of korter is dan het andere. Dat kan even schrikken zijn, zeker als je net hard hebt gewerkt aan je herstel. Het goede nieuws: in de meeste gevallen gaat het om een klein verschil dat vanzelf afneemt naarmate je lichaam weer in balans komt, of eenvoudig te compenseren is.

Wat bedoelen we met beenlengteverschil?

We maken onderscheid tussen anatomisch verschil (echt, zichtbaar op een röntgenfoto) en functioneel verschil. Bij functioneel verschil lijkt een been langer of korter door bijvoorbeeld bekkenstand, spierspanning of looppatroon. Juist na een heupoperatie komt dit regelmatig voor, terwijl er op de röntgenfoto geen verschil te zien is. Onderzoek laat zien dat wat mensen ervaren niet altijd overeenkomt met wat er wordt gemeten, en dat deze beleving meestal in de loop van de maanden afneemt (Wylde et al., 2009; Adams et al., 2021).

Hoe vaak komt het voor?

Volgens recente overzichtsartikelen komt een meetbaar beenlengteverschil na een totale heupprothese bij ongeveer 3–30% van de patiënten voor, vaak slechts enkele millimeters (Bianco Prevot et al., 2025; Desai et al., 2013). Grotere verschillen (>10 mm) zijn veel zeldzamer: afhankelijk van de operatietechniek wordt dit in slechts 3–11% van de gevallen gemeld (Tassinari et al., 2024).

Waarom kan het ontstaan?

Tijdens de operatie houdt de chirurg rekening met meerdere factoren: de heup moet stabiel zijn, goed bewegen en de juiste spierspanning hebben. Soms is een minieme verlenging (enkele millimeters) nodig om de heup veilig te maken en luxaties te voorkomen (Austin et al., 2003).
Ook andere factoren spelen een rol, zoals:

  • Een vooraf bestaand verschil in beenlengte of bekkenstand.

  • Spierverkortingen en bekkenkanteling door jarenlange pijn en artrose, die na de operatie geleidelijk herstellen.

  • De plaatsing en maat van de prothese en de gekozen operatieve benadering (MDPI, 2025).

Voelen is niet altijd meten

Ongeveer één op de drie mensen voelt in de eerste maanden na de operatie dat er een verschil is, maar op röntgenfoto’s blijkt dat vaak niet zo te zijn (Wylde et al., 2009). Dit gevoel is meestal tijdelijk en neemt in het eerste jaar duidelijk af (Adams et al., 2021).

Wanneer is het relevant?

Veel mensen merken kleine verschillen (tot ongeveer 10 mm) nauwelijks op. Boven die grens kan de kans op klachten iets toenemen, maar dat verschilt per persoon (Alfuth et al., 2021). Het belangrijkste is dus hoe je je voelt bij het bewegen.

Hoe en wanneer meten?

Meten gebeurt het liefst pas na een paar maanden, omdat houding, spierkracht en looppatroon in de eerste weken nog veranderen (Radboudumc, 2024). In de praktijk combineren we lichamelijk onderzoek, zoals het ‘boekjes onder het been’-principe (iliac crest palpation & book correction), met beeldvorming zoals röntgen of EOS-scan.

ViefLeven na een knie prothese

Wat kun je zelf doen?

  • Geef je lichaam tijd. Veel functionele verschillen verdwijnen binnen 6–12 weken vanzelf (Radboudumc, 2024).

  • Werk aan symmetrie. Fysiotherapie helpt om spierbalans en looptechniek te verbeteren.

  • Kijk naar comfort. Een klein inlegzooltje kan tijdelijk verlichting geven.

  • Blijf in gesprek. Als het gevoel blijft, kan er gericht gemeten en bijgestuurd worden.

En als het verschil blijft?

Blijft er na de revalidatie een echt (anatomisch) verschil en heb je klachten, dan is een simpele oplossing vaak voldoende, zoals een schoenaanpassing van 5–10 mm (Bianco Prevot et al., 2025). Een nieuwe operatie alleen voor een klein beenlengteverschil is zelden nodig.

Samengevat

Een beenlengteverschil na een heupprothese klinkt soms spannend, maar is in de meeste gevallen klein, tijdelijk en goed te verhelpen. Je lichaam heeft tijd nodig om zich aan te passen — en met de juiste begeleiding kom je stap voor stap weer in balans.

fietsen met knie artrose
Ruben Luijkx

Ruben Luijkx

Founder Vief leven

Als oprichter van Vief leven met artrose en ondernemer zijn we met onze praktijk vastberaden om een positieve impact te hebben op de maatschappij met het bieden van mensgerichte zorg. Met Vief leven met artrose streven we naar laagdrempelige fysiotherapie met een hoge kwaliteit en toegankelijk voor iedereen.

Ik geloof sterk in het begrijpen van de unieke doelen en behoeften van mensen met artrose gerelateerde klachten. Vief leven is een vetrouwde omgeving waarin deze doelstellingen behaald kunnen worden.

Vief Leven

Met Vief Leven willen we mensen met artrose voorzien van kracht en kennis om zo weer grip te krijgen op hun eigen gezondheid en vrijheid in het leven.

Blijf op de hoogte